Dit jaar reizen wij al 30 jaar samen.
Vanaf dat wij elkaar kennen reizen we de wereld rond. 30 jaar geleden hebben wij elkaar ontmoet in Parijs. Omdat dat te vieren struinen wij de komende weken met onze Land Rover Defender door Damaraland, een prachtig gebied in Namibië, verlaten en uitgestrekt maar tegelijkertijd rijk en divers.
Damaraland
De massieve Brandberg torent boven het uitgestrekte landschap uit. De zon geeft de berg een stralend rode gloed. Zodra het kan gaan we de weg af, het gravel pad voert ons door het verlaten gebied. Waar eerst de rivier stroomde prijken nu groene bosjes, met gekleurde bloemen. Aan de andere kant tekent de grillige vorm van een boom haar silhouet af tegen de oranje rode aarde en de knalblauwe lucht.
Een kleiner spoor lokt ons de berg over waar een fantastisch vergezicht onze ogen streelt en herinneringen aan onze reis door Latijns Amerika aangewakkerd worden. Witte velden, gele en groene gloed afgewisseld met diep bruine tinten van de rotsen die door het zonlicht haast een paarse gloed krijgen.
Het smalle grondpad maakt plaats voor keien en even later klauteren wij tussen de rotsblokken door op zoek naar het spoor. Plotseling duiken daar wat tentjes op, twee mijnwerkers genieten van hun lunch: millie pap (een pap gemaakt van maïsmeel) en wat vlees. Trots tonen ze ons wat amethist steentjes waar ze naar op zoek zijn. Door de droge rivierbedding lijkt ons de beste route tot er door flinke rotsblokken weer een vernauwing komt die smaller is dan de auto. Het naastgelegen gedeelte lijkt vlakker maar de witte halmen verdoezelen charmant de scherpe stenen en de gaten waardoor wij een aantal keren voor verrassingen komen te staan. Het is alweer geruime tijd geleden dat hier eerder auto’s waren. Wij lijken ons op een verlaten maanlandschap te begeven. Met 5 à 10 km per uur schiet het niet echt op. Temidden van dit prachtige natuurgebied besluiten wij te stoppen, zodra de sterren verschijnen zetten wij de tent omhoog en waakt de maan over het gebied.
De rivier over
Bruine rotsen met zwarte breuklijnen, waartegen een dun wit boompje schril afsteekt. In de verte verschillende bergreeksen die door de lichte nevel verschillende tinten paars kleuren. Op hun gemak sjokt een groep rivier olifanten door het dal op zoek naar voedsel en water.
Zodra ze richting de rotsen trekken zien wij alleen hun sporen nog. Zwarte lavastenen voeren ons verder, langzaamaan kruipen wij omhoog. In het dal lag een stralend groen gebied. Rietpalmen van wel 1,5 meter hoogte wapperen in de wind en wekken de suggestie van een snelstromende rivier. Voetsporen van de neushoorn aan beide zijden van de rivier verklapt waar het dier eerder tussen de halmen door is gelopen. Nu is het onze taak om de rivier te doorkruisen. Om beurten verkennen wij het terrein terwijl de ander de auto voorzichtig door de zandbedding voert, beducht op onderliggende modderstromen waardoor wij vast kunnen komen. Hoge zandbanken van wel 4 meter hoogte geven ons het gevoel door een canyon te rijden. De regen van de afgelopen periode heeft de auto sporen van onze voorgangers bijna geheel uitgewist, slechts af en toe duikt er een stukje van de track op in het zachte witte zand.
Ongelooflijk hoe kleurrijk dit gebied is en hoeveel verschillende landschappen en structuren wij doorkruisen. Oranje zand begroeid met helder groene bosjes, glooiende velden met gele bloemetjes. Een oker gele rots waaruit een kunstwerk gesneden lijkt te zijn. Een strak blauwe hemel met stralende zon maakt het geheel compleet, de wind de temperatuur dragelijk. Wat onwennig reageert het kleine jongetje op ons zwaaien, hier komen tenslotte maar erg weinig bezoekers. Speurend naar neushoorns en olifanten doorkruisen wij de droge rivier. Gebroken takken, voetafdrukken en uitwerpselen verraden hun aanwezigheid, verder houden zij zich schuil. Plotseling verandert het landschap, de rode aarde wordt glooiender en steekt mooi af tegen de blauwe hemel. Witte grashalmen liggen als een zachte harige deken over het landschap en wapperen als blonde haren in de wind. Groepen zebra’s en struisvogels en enkele springbokjes bevolken het prachtige uitgestrekte landschap van Klein Serengeti.
Hyena’s in de nacht
Opgeschrikt uit hun middagdutje rennen twee gevlekte hyena’s hun schuilplek uit om over het veld richting de bergen te verdwijnen. Wat ze achter zich laten is een prachtige canyon met rotswanden in de vorm van uitgehakte organ pipes, een bijzonder natuurverschijnsel. Bij zonsondergang verzamelen de vogels zich in de diepe schacht van de canyon en starten hun gezamenlijk gekwetter wat versterkt wordt door de rotswanden. In het donker zitten we buiten te lezen als we ons bespied voelen. Even later verschijnt er in onze lichtbundel een nieuwsgierig koppie boven de kei uit. Wij ruimen nog even de laatste spulletjes op en klimmen de daktent in.
Nu het terrein rondom de auto vrij is komt de hyena dichterbij en snuffelt goed rond. Dat wij haar van bovenaf begluren boeit haar niet, wij zijn allemaal nieuwsgierig tenslotte. Ze peuzelt wat stukjes billtong op wat wij hebben laten vallen en knabbelt nog even aan de tafel. Als haar partner een paar uur later uit de bergen terug komt toont ze trots wat ze ontdekt heeft en samen scharrelen ze rond de auto, niet echt gehindert door ons felle lampje op hun kop.
Plotseling begint de auto te schudden. Verwoed wordt er een stuk uit de bullbar en de voorbumper gebeten. Als de smaak van het droge rubber toch wat tegen blijkt te vallen druipen ze af. In het nabijgelegen bosje op ca 2.5 meter afstand rommelen ze nog wat om hun bed gereed te maken waarna de rust terugkeert en we alle vier een paar uurtjes kunnen slapen.
Sporen en voetstappen
Eindeloze licht gele vlakte zover als het oog reikt. Toch ook hier geen geplaveid pad: de aardkorst heeft aardig wat ribbels waardoor wij als een soort rups in een golfbeweging gaan, kuil in, bult over. De top van de ribbel heeft vaak een zwarte kleur door de donkere steen die er als balein uitziet.
Plotseling wordt het landschap weer anders, tegen donkerbruin gesteente ligt helder oranje zand waardoor er een bijzondere rots/duin combinatie ontstaat. Voor ons rijst een hoge duinwand op en de sporen wijzen dat wij ook hier het zachte zand in omhoog moeten. Dat het geen gemakkelijke klim zal worden blijkt uit de vele sporen onderaan en halverwege de berg. Wij nemen onze voorzorgsmaatregelen, banden worden afgelaten, diff lock ingeschakeld en de route nauwkeurig uitgestippeld. Met uiterste concentratie rijdt Raymond de Land Rover behendig omhoog. Bovenop de duin ligt ons een prachtig uitzicht te wachten maar ook een afdaling aan de rots-zijde, vol scherpe keien dus pompen we de banden maar weer op.
In het volgende dal is het extreem groen. Hier volgen wij het spoor dat een leeuw achter heeft gelaten tijdens zijn wandeling door de rivier. Zeker 30 km volgen wij zijn voetstappen in het zachte zand. We zien hoe een zebra behendig over de rotsen klimt en de struisvogels rennen met ca 40 km per uur voorbij. Helaas treffen wij de grote kat hier niet aan maar ‘s nachts laten drie soortgenoten met hun krachtige brul van zich horen dus ze zitten wel in de buurt.
Klein gespuis
Kleine gekleurde kevertjes maar ook grote zwarte torren rennen over de zandvlakte. Sprinkhanen met krachtige gekleurde achterpoten springen soms wel 80 cm ver. Degenen met rode flanken klapperen tijdens de sprong, de kleinere gele variatie doet het iets rustiger aan. Hagedisjes kruipen over de stenen om vervolgens in een holletje te duiken. Sommige rennend op hun korte pootjes maar ook springers komen wij tegen. Een groot soort vleugelloze sprinkhaan maakt met hun ca 8 cm lengte en lange poten indruk. Als hij een handje zand tegen zijn achterste voelt om te stimuleren dat hij een andere route kies dan recht op ons af begint hij luid te krijsen en komt juist woedend op ons af. Uit respect doen wij maar een stapje opzij.
Vlindertjes in verschillende kleuren en kleine vogeltjes begeleiden ons tijdens de autorit alsof ze ons de weg willen wijzen naar de mooiste plekjes. Een klein wit insect speurt op slechts 5 cm boven het zand naar zijn prooi. Qua uiterlijk heeft hij nog het meeste weg van een zacht harig bijtje maar dan in albino uitvoering. De dikke “mumsels” stellen wij minder op prijs: enorme vliegende insecten van ca 5 cm die met een noodvaart op je afvliegt en zomaar een blauwe plek op je voorhoofd op kan leveren bij een botsing. Hoe leeg een Namibisch gebied soms ook lijkt, overal is soortgelijk klein gespuis te vinden!
Damaraland toont zich weer in haar grote verscheidenheid, geweldig om op ons gemak door dit bijzondere landschap te struinen terwijl wij vrijwel geen andere mensen tegenkomen. Een schijnbaar verlaten gebied maar er is altijd iets te zien.