Bergroutes en Fethiye
Vanaf Acipayam zijn we de bergen in gegaan, via Dedebagi en Cameli. Een fantastische route langs kleine dorpjes, veel hoogteverschillen en grove rotsstructuren waarin het erts schitterde in de zon. Door dennenbossen en bergplateaus waar landbouw bedreven werd via Incirkoy en Yesiluzumlu naar Fethiye. Dit was weer genieten!
Fethiye werd onze uitvalbasis voor prachtige trips door de omgeving. We hebben door hele mooie bergen gereden, de uitlopers van het Taurusgebergte. Deze bergen zijn vanaf de kustlijn 2000 meter hoog. We reden op asfalt maar later ook echt off-road.
Eén weg dwars door het bos was smal en hobbelig maar er hadden al auto’s gereden dus probeerden wij het ook. Toen het nog smaller werd zijn we uitgestapt om de situatie verder op te bekijken; waar we stonden konden we nog keren. In het bos hadden we al een paar keer een auto met jong stel ‘betrapt’ maar hier, op deze plek was meer aan de hand. Toen we buiten stonden zagen we teveel tissues, een spannend roze kanten slipje en een te grote witte zeeman onderbroek tussen de dennennaalden. Tissues hadden we wel vaker gezien maar met nog veel meer afval er omheen, dit leek wel een afwerkplek. Snel ingeschat hoe de weg verder ging. Verderop zagen we weer asfalt dus dat moest kunnen. Alles ging soepel, in de normale (hoge) versnelling maar vlak voor de asfaltweg was een enorme greppel met keien, takken en gaten, wel zonder tissues… De auto in de lage versnelling gezet en er voor gegaan. Het gat was diep en wij kwamen te recht aan, de voorbumper stak recht de muur van aarde en steen in. Achteruit terug naar links gestuurd en weer vooruit, schuiner nu, door de greppel. Nu kwam de neus langzaam omhoog en boven de weg. Dat ziet er goed uit tot dat…. KLANG!… een flinke kei had zich onder de achterkant van de auto schrap gezet, de beschermplaat van de tank geraakt (die zit er gelukkig op) en vervolgens was de beugel van de trekhaak er op gekomen. Dit was te veel voor de kei en deze was onder veel protest doorgebroken. De beschermplaat was licht gekrast maar verder was alles in orde. Pheew, Ray zag al weer een klus dag voor het differentieel in het verschiet.
Kayakoy en klooster
Onderweg kwamen we langs de ghost village Kayaköy, een totaal verlaten stad. Hier zijn 1500 woningen achterlaten nadat Atatürk in 1923 aan de macht kwam en vervolgens de Grieks-Orthodoxen uit Kayaköy heeft verdreven. De huizen werden daarna nooit meer bewoond omdat de Turken er van overtuigd zijn dat er een vloek op rust. Het geheel geeft een vreemde aanblik in de omgeving.
We vonden een mooi bospad, iets smaller dan we eerder gehad hadden maar we zagen bandensporen. Er lagen fietsen in de struiken dus onze voorgangers waren blijkbaar verder gaan lopen. Wij hebben niet voor niets zo’n auto en om nou 2 km te lopen als het niet strikt noodzakelijk is, we stelden het nog even uit, we keken wel hoever de Defender ons zou brengen. Op een geven moment konden we niet verder met de auto vanwege een afgebroken boom. Het pad leidde naar een oud klooster. Lopend zijn we verder gegaan en de beloning was een ruïne…. met een geweldig uitzicht over de berg en azuurblauwe baai. Het klooster was deels in de rots uitgehakt en de kamers waren nog open. Via de trappen kwamen we op het balkon dat uitzicht gaf over het hoofdgebouw en de berg en baai.
Daarna weer hossend met de auto over de keien en door de modder, nog steeds niet harder dan 20 km/u. De rest van de weg was normaal, asfalt met gaten tot aan het eind, het strand in een baai met het azuurblauwe water. Natuurlijk was de parkeerplek van de plaatselijke ondernemer dus eerst een drankje voor we verder konden lopen. Het strand was slechts bezet door zes mensen, de te schaars geklede engelse Onslow’s, tokkies of hoe je ze ook wilt noemen. Zij maakten zoveel kabaal dat we besloten een rustigere baai te zoeken. Het was een prachtige plek maar mocht je er ooit naar toe willen, ga dan niet in de zomer als er 100 Onslow’s zitten.
Pinara en wildcamperen
‘Bij de oude Lycische stad Pinara zijn graven ontdekt, uitgehouwen uit de rotsen en verborgen in het bos. Een mooie plek maar voor veel toeristen lastig te vinden’. Okee, een uitdaging: dat vonden we wel leuk! De rotswanden zijn dichtbebost en op de plekken waar de bomen niet reiken, is deze bezaaid met uitgehakte kamers: de oude Lycische koningsgraven en huizen. Pinara dankt waarschijnlijk haar naam aan de locatie, op een heuvel. In het Lycisch betekent Pinara namelijk ‘ronde heuvel’. Pinara was één van de drie hoofdsteden in de Xanthos vallei en één van de zes belangrijkste van de Lycische federatie. Pinara bestaat al sinds de 5e eeuw voor Christus.
De graven hadden we vrij snel gevonden, de klimpartij er naartoe was wat lastiger maar zeer de moeite waard. Met de auto trokken we verder de bergen in en kwamen we bij en amfitheater uit de Romeinse tijd en werden we weer getrakteerd op prachtige landschappen. Mooie uitzichten maar ook indrukwekkende spelonken en sfeervollen dennenbossen. Naarmate we verder het gebied in kwamen werd het weggetje smaller en het gehobbel sterker. Grote keien en gaten ontwijkend gingen wij voort. Zowel de garmin routeplanner als google maps hadden het al lang opgegeven om ons te volgen. Op een paar Renault 12 en wat geiten na kwamen we helemaal niemand tegen. Plotseling kwamen we bij een afgesloten hek, we konden niet door. Oooh… Dat betekende dat bord wat we tijdje geleden hadden zien staan! Een paar wilde paarden bekeken ons aandachtig toen we met veel moeite probeerden te keren op de smalle weg vol grote scherpe keien met aan de ene kant de rots en aan de andere kant de steile afgrond.
De uren gingen voorbij en wij zaten nog steeds in de bergen maar zonder hotel. De paar kleine ‘dorpjes’ waar we doorheen waren gekomen bestonden uit niet meer dan drie hutjes met soms een overkapping voor de dieren. We kwamen een prachtig veldje tegen, meer hadden we toch niet nodig?! Achter het bosje was een mooi vlak stukje waar we konden staan, snel de daktent open en onze kampeerplek in het wild was klaar! Ray verzamelde wat rotsen en takken voor het kampvuur om het geheel compleet te maken. Genietend van een instand noodle maaltijd zagen we de zon ondergaan, even later kropen we lekker in ons eigen bedje met op de achtergrond nog een paar mekkerende geitjes.
Gewekt door het zonnetje genoten wij van ons ontbijtje in het wild. Net op tijd voordat een enorme kudde schapen ons veld op kwam hadden wij onze spulletjes weer ingepakt. Vol goede moed vertrokken wij. Na een paar honderd meter werden we aangehouden.
Na wat vriendelijke groeten maakte deze meneer ons duidelijk dat er problemen waren, het was kapot… Ergens vinden we ook de woorden garage en Pinara op…. Hier liet ons Turks ons in de steek! De man gebaarde ons te keren en hem te volgen: de weg die wij reden leidde naar het niets, hij dirigeerde ons terug naar Pinara, dat was inderdaad onze bedoeling geweest! Opgelucht volgden wij deze man, die net als de andere locals in een Renault 12 met veel gemak en behoorlijke snelheid over de enorme keien reed en zich daar totaal geen zorgen over leek te maken terwijl wij met onze stoere 4×4 toch wat voorzichtiger aan deden. Toen er een afslag kwam waar onze wegen zich weer zouden scheiden tekende hij een routebeschrijving: weg volgen, 1e afslag is NO, 2e afslag ook NO enz. Met deze goede raad kwamen we inderdaad het bergengebied weer uit en vervolgden wij onze weg naar de zuidkust.
Foto album bergroute:
Verder langs de Turkse zuidkust…