19 – 23 december 2013
Terwijl wij met smart wachtte op de onderdelen maakte we een uitstapje naar het grote natuurpark, in het Afrikaans de Nasionale Krugerwildtuin genaamd, in het Engels bekent als het Kruger National Park. Met haar enorme afmetingen (380 km lang, 60 km breed en een totale oppervlakte van ongeveer 20.000 km2) bedekt het park meer dan de helft van heel Nederland.Wij trokken er dus maar een paar dagen voor uit en opgetogen gingen we op pad. Jammer genoeg niet met onze eigen autootje, die lag tenslotte nog uit elkaar maar met zijn broertje: de Land Rover van Louis wat uiteraard heel fijn was. Onze daktent kon helaas niet mee dus we hadden een tentje gereserveerd in de buurt van Kruger. Het rook er een beetje muf en we kregen bezoek van vele insecten uit de bush maar het was fijn om daar een plekje te hebben en iedere ochtend gewekt te worden door een prachtig vogelconcert.
Onderweg was het vrij druk, vele mensen trokken in de vakantieperiode naar de buurlanden Zimbabwe en Mozambique. Sommigen voor vakantie, anderen om familie op te zoeken. Vele oude en gammele auto’s volgeladen en uitpuilend van alle denkbare spullen en huisraad passeerden ons. Nauwlettend hielden wij de koelkast in de gaten die slechts met een enkel touwtje bovenop vastgebonden was, die kregen wij niet graag op onze motorkap. De vering van deze auto’s had het zwaar maar zolang die nog niet gebroken was ging men door. Toch ging het niet iedereen zo goed af, regelmatig zagen we gestrande en gekantelde auto’s langs de kant van de weg. Groente en fruit lag overal verspreid, lege kratten zielig op een hoopje en de gekantelde vrachtwagen hulpeloos in de berm. Buurtbewoners maakte dankbaar van de gelegenheid gebruik om wat etenswaren bij elkaar te sprokkelen, zware tassen sjouwde men naar hun huis, de chauffeur beteuterd achterlatend.
We reden langs uitgestrekte citrusplantages, hier en daar schitterde er wat oranje tussen de helder groene boompjes door. In de buurt van de bergen bij Schoemanskloof werd het donkerder en kwam de mist op. Angstvallig hielden we het weer in de gaten, niet wederom een koude en mistige tocht in dit gebied toch? We waren tenslotte al eerder vlakbij het Krugerpark geweest maar vanwege het slechte weer hadden we het toen overgeslagen. Hoewel we vanaf Johannesburg redelijk in de buurt waren was het niet ons plan om vanwege het weer voor de 3e keer terug te keren naar dit gebied, het was met een afstand van ruim 500 km toch ruim 8 uur rijden. Nadat we Hazyview gepasseerd hadden klaarde het weer op en kwam de zon zelfs voorzichtig tevoorschijn.
Al vroeg waren we op pad maar wij waren niet de enigen die al om 5:30 uur rondkeken, ook de enorme groep buffels en gnoes was wakker. De baby gnoes met hun lichtbruine vacht leunden wat verlegen tegen hun donker gekleurde moeder aan. De buffel mannen tilden hun kop op en keken ons wat glazig aan. Omgetrokken bomen verraadde onze volgende vrienden en ja hoor, daar waren ze: een grote groep olifanten stond verscholen tussen de struiken. Impala’s huppelden vrolijk om de auto heen, terwijl de ene besloot om naar rechts te gaan leek het de ander een beter idee om naar links te gaan waarop de eerste ook weer van mening veranderde en de koers wijzigde. Fotogenieke zebra’s poseerden in het mooie groene landschap. Ohh… dat was net op tijd, de auto voor ons trapte flink op de rem om de enorme olifant over te laten steken, de dieren hebben hier tenslotte altijd voorrang. Stampend en mopperend stond het enorme dier midden op de weg, hij klapperde met zijn oren terwijl de rest van de groep achter hem langs liep. Het piepkleine olifantje verschool zich achter de grote maar zodra ze de weg over gestoken was slingerde ze met haar slurf, dat was even spannend geweest.
Zonder onze eigen auto viel het duidelijk op dat we geen aanspraak meer hadden en dat er hoogstens een paar vingers boven het stuur opgestoken werden, geen uitbundig zwaaien en mensen die benieuwd waren naar onze reis. We vielen niet meer op en werden als Afrikaners gezien. Toch waren we dat niet helemaal. Bij de picknick ontbrak het ons aan een professioneel schort, een geborduurd tafelkleed, borden en bestek, de braai met grote vleesvariatie en de keukenrol inclusief RVS houder, wij hadden zelfs niet eens bekers! Wij aten een broodje met de vertrouwde tomaat uit een zakje en namen een slok sap uit de fles.
Speurend reden wij het volgende gravelpaadje in, welke verrassingen stonden ons hier te wachten? Een pumba familie stond aan de kant van de weg maar stoorde zich niet erg aan onze aanwezigheid, in tegenstelling tot andere landen waren de pumba’s hier helemaal niet bang. Met gebogen pootjes waren ze laag genoeg om aan het gras te peuzelen, af en toe bleef er een grassprietje aan hun snor hangen. Hoewel het met een temperatuur rond de 25 graden nog niet eens zo warm was lag de leeuwin hijgend langs de kant. Ze keek rustig wat rond en hief haar neus omhoog om goed te kunnen ruiken. Dat de auto vlakbij stond vond ze niet erg maar ze probeerde duidelijk een spoor op te vangen. Toen ze zekerder werd van haar richting stond ze langzaam op en sjokte voor de auto uit over het pad, af en toe omkijkend om te controleren of wij haar nog volgden. Na ongeveer 10 minuten scheidden onze wegen, de leeuwin trok het veld in richting de drinkplaats waar wij helaas niet konden komen. Bij de volgende waterhole zagen we ze gelukkig weer, de grappen en grollen vertellende hippo’s, spetterend met het water. Tussen de struiken lag de kindercrèche met kleine gazelles terwijl hun moeders liepen te grazen. De tijd liep door, het begon inmiddels al te schemeren. We moesten ons nu gaan haasten om op tijd het park weer uit te komen. We hadden al bijna 13 uur rondgereden! We trapten het gaspedaal iets verder in, ondertussen goed rondkijkend voor nog meer overstekende olifanten of andere dieren, we hadden nog een flinke afstand te overbruggen. Om klokslag 18:30 bereikten we de poort, net op tijd.
De volgende ochtend waren we alweer vroeg op pad, de jakhals peuzelde aan wat olifantenpoep terwijl hij ons goed in de gaten hield. Verstopt in het hoge gras lag een eenzame buffel, wat verstoort keek hij ons aan. Toen hij zich omdraaide zagen we de grote wond op zijn bil, waarschijnlijk had hij een gevecht gehad met een van de leeuwen. Geïrriteerd stond hij op en kwam onze kant op waarna hij met een sprongetje van koers veranderde en heel hard rondjes begon te rennen en met zijn horens schudde. De blik in zijn ogen vertrouwde we niet helemaal dus besloten we hem verder met rust te laten. Even verderop stond de rest van zijn familie de grazen, een enorme groep. Kronkelend schoot hij vlak voor de auto langs, een donkere slang van wel 1,5 meter lang! Voordat wij het ons goed en wel realiseerden was hij in het gras verdwenen. Trompetterende olifanten kondigden hun komst aan, een grote groep liep over de weg terwijl hun vrienden zowel rechts als links van ons stonden. De zebra’s scharrelden wat rond, de kleine vogeltjes op hun rug stoorde ze niet, deze maakten gebruik van de lift terwijl ze ondertussen aan de insecten knabbelden die zich in de zebra vacht verstopten.
De enorme giraffen stonden op de uitkijk, van grote hoogte keken ze op ons neer. Prachtige kleurschakeringen van licht bruin tot heel donker chocoladebruin sierden hun vacht. Zij hadden hem waarschijnlijk al gezien maar voor ons kwam het toch vrij onverwachts, de grote neushoorn die een roadblock vormde. Waarschijnlijk schrok hij net zo van ons en zo snel als zijn korte pootjes hem dragen konden vluchtte hij de bosjes in. De vrolijk en bont gekleurde vogels zongen het hoogste lied.
De witte ronde cirkel op de billen van de waterbok verraadde zijn bezoek aan de net geverfde toiletbril, apen met dikke rode billen, kleine rechtopstaande staartjes als antennes boven de billen van de pumbas en grote grijze achterwerken van de olifanten, wij kregen niet alleen de schattige snoetjes van de dieren te zien. Japie de krekel liftte een stukje met ons mee op de motorkap en behendig sprong hij weer op de grond zodra hij zijn bestemming bereikt had.
Wederom kwamen we een grote groep buffels tegen, deze grijze dieren wonen hier in grote aantallen. Vlak ernaast een groepje neushoorns, in kleur vergelijkbaar met de buffels maar net een slagje groter. De winnaars in maat waren de grijze olifanten die even verderop stonden. Samen vormden ze een mooi donker grijs trapje. We waren blij ook hier weer Rhino’s aan te treffen, deze dieren worden tenslotte met uitsterven bedreigd door de slachtpartijen vanwege hun hoorn. In 2013 waren er alleen al in het Krugerpark ruim 600 dieren om het leven gebracht, voor heel Zuid Afrika stonden er al 964 op de teller, hopelijk zou de 1000 niet gehaald worden dit jaar.
We reden een stukje door het water, in tegenstelling tot andere delen van de rivier die zeer droog waren stond hier wel water in. Grote vogels met zwart-geel-rode snavels waren lekker aan het badderden en tuurden naar de bodem op zoek naar visjes. Een grote krokodil lag ontspannen te zonnen op een zandbank terwijl de schilpadden om hem heen zwommen en kleine vogeltjes langs de waterkant hupten. Grote ooievaars cirkelden boven het landschap. De hippo sperde zijn bek wijd open en toonde zijn enorme rij tanden terwijl hij uitvoerig geeuwde. Een andere hippo mopperde wat toen zijn buurman zijn billen net boven het water uitstak om een enorme wind te laten waardoor het water samen met een berg diaree rond spetterde. Opgelucht draaide hij wat met zijn kleine staartje rond waarna de enorme bilpartij weer onderwater verdween. Verderop nam een olifant een bad, alleen het puntje van zijn slurf stak nog boven het water uit. Toen kwamen ook de guitige oogjes tevoorschijn, samen met de grote flaporen, gevolgd door het enorme zwart gekleurde lijf en tenslotte zijn enorme voeten. De hippo’s naast hem gniffelden wat maar daar trok de olifant zich niets van aan, op zijn gemak klom hij weer op de kant om in het bos te verdwijnen.
De vorige dag hadden we een geweldige dag gehad maar helaas, zonder onze geliefde katjes…. We kregen tips over gebieden waar we het het beste konden proberen om ze te spotten. Een gerichte route omschrijving volgde, slechts 130 km verderop. Ruim 3 uur later bereikten wij de aangewezen plek maar helaas, de leeuwen bleken niet thuis te zijn, moe en teleurgesteld reden we door. Heel vroeg opstaan, geen tijd voor een theetje of zelfs ontbijt en dan geen leeuw kunnen vinden: het humeur van Wendy werd er niet beter van. Na wat gemopper besloten we de knop weer om te zetten en nieuwe positieve mind set in te stellen, we zouden gewoon weer genieten van alles wat we tegenkwamen, wel of geen katjes. Het was tenslotte geweldig dat we hier temidden zoveel dieren in Afrika waren! De afgelopen dagen hadden we duizenden hertjes, gazelles, kudu’s, waterbokken en impala’s gezien, waren we minstens 150 olifanten tegengekomen, honderden buffels, tientallen zebra’s, apen en giraffen, talloze prachtige vogels en een heleboel andere dieren in het wild.
Onze positieve instelling werd beloond: onverwachts lagen er twee jonge leeuwen aan de kant van de weg op ons te wachten, op nog geen twee meter afstand! Nadat wij ruimschoots de tijd hadden gekregen om van deze geweldige dieren te genieten en foto’s te maken stonden ze op, liepen vlak achter de auto langs om verder het veld in te trekken. De mopperbui was voorgoed over, wat was dit geweldig! Heel in de verte, het was wat lastig te zien maar daar lagen nog twee grote leeuwen, met hun gebrul joegden ze de zebra’s op.
In de boom zat een klein uiltje, af en toe ging er een oogje open om vervolgens weer in een diepe slaap te geraken. De gnoes en zebra’s kuierden wat rond terwijl de kleintjes met elkaar speelden. De zwarte en witte strepen van de stoeiende en knuffelende zebra’s liepen door elkaar waardoor mooie patronen ontstonden. De roze en witte bloemen stonden keurig in bosjes bij elkaar en gaven wat extra kleur aan het groene landschap. De gazelles en baboons snoepten samen van de frisse blaadjes. Een klein steenbokje zat eenzaam aan de kant van de weg, uitkijkend naar zijn vriendinnetje. Een vervet aapje schoot de boom in, doelbewust rende hij op een bepaalde tak af maar nog voordat hij zijn doel bereikt had voorkwamen de twee kleine zwarte vogeltjes dat het plan door zou gaan, met man en macht verdedigden zij hun nest en verjoegen de aap. Schuldbewust kroop het aapje het bladerendek in en verstopte zich voor de boze vogels.
In de schaduw, naast een klein modderpoeltje lag ze lekker ontspannen: een luipaard, op nog geen 1,5 meter van de auto af, wat een geweldig mooi dier! Veel tijd om van haar te genieten hadden we niet want toen stond ze op, liep om de auto heen en verliet ons voor een veel interessanter uitzicht: een groep jonge impala’s had haar aandacht getrokken. Verscholen tussen de bosjes gluurde ze naar de jonge dieren, voorzichtig kroop ze steeds een beetje dichterbij naar haar prooi waarna ze volledig uit ons zicht was verdwenen. De impala’s renden gespannen heen en weer, ook zij hadden het roofdier gezien, de strijd was echter nog niet gestreden. Vlakbij de uitgang van het park heerste er ook grote onrust, vele impala’s liepen paniekerig rond en een diep gegrom klonk uit hun kelen. De gnoes en zebra’s maakten zich echter nergens druk om. Een grote groep gieren begeleidde ons het park uit, net op tijd voordat de hekken gesloten werden.
Moholoholo Wildlife Rehabilitation Centre
Zelfs na een aantal dagen dieren spotten in de Krugerwildtuin hadden wij nog geen genoeg van de wilde dieren en daarom besloten we Moholoholo te bezoeken. De naam betekent “The Very Great One”, hier worden gewonden dieren opgevangen en verzorgd. Wanneer het kan worden de dieren zo snel mogelijk uitgezet in het wild maar helaas is dat niet voor alle dieren mogelijk. Bijvoorbeeld omdat ze in gevangenschap geboren zijn of omdat ze blijvend invalide geraakt zijn.
Een zeer bevlogen verhaal van Oscar, een van de verzorgers, gaf ons meer inzicht in de visie en de werkwijze van dit centrum. Uit alles bleek zijn enorme passie en betrokkenheid bij de dieren maar ook liet hij de kant van de boeren zien die op de dieren jagen wanneer hun vee aangevallen werd of de dorpsbewoners die vochten voor hun leven en eigendommen. Ook verklaarde hij waarom het niet altijd mogelijk was om de dieren in het wild uit te zetten, ze konden ze tenslotte niet zomaar ergens vrij laten en ook Kruger zat inmiddels aan zijn grenzen, ieder dier heeft een eigen leefgebied en territorium nodig. De dieren die niet terug kunnen naar de natuur worden veelal gebruikt voor educatieprojecten om meer begrip te kweken tussen mens en dier maar ook voor fokprogramma’s om uitstervende dieren te redden. Oscar deed wat geluiden na, een lokroep van verschillende dieren. Het geluid wat wij eerder bestempeld hadden als gezang van een vogel bleek de roep van een hyena te zijn, dit roofdier was de nacht ervoor wel erg dicht bij onze tent geweest!
Wat ons eerder niet gelukt was gebeurde nu wel, we kregen een prachtige cheetah te zien! Toen we hem ook nog mochten aaien was dat natuurlijk helemaal geweldig, een zachte vacht en sierlijke staart met een mooie pluim aan het einde. We kregen uitleg over de leeuwen, genoten van de luipaarden, de serval katjes en de honeybadgers. De wilde honden liepen onrustig rond en slokten het vlees gulzig op wat hen toegeworpen werd. Verderop kregen we meer te horen over de enorme roofvogels en kwam er eentje speciaal naar ons toe voor een knuffel. Doelbewust kwam de reusachtige vogel op Wendy af die een stukje vlees op haar arm had liggen. Gelukkig droeg ze een lange dikke lederen handschoen, anders hadden de scherpe nagels ongetwijfeld hun sporen nagelaten in haar arm.
Wederom vele geweldige ervaringen rijker verlieten wij de Limpopo provincie om via Mpumalanga, een provincie in het oostelijk deel van de voormalige Transvaal terug te keren naar onze vrienden in Mulbarton, de buitenwijk van Johannesburg, Gauteng.
Foto album Nasionale Krugerwildtuin:
Foto album Moholoholo: